De wereld draait praktisch op vijf techgiganten: Apple, Microsoft, Facebook, Google en Amazon. Focus op innovatie en technologie, óók binnen de RvC, is een absolute must. Hoe ga je daar dan precies mee om als commissaris? En wat kun je doen? We vroegen het aan Sacha Engels, commissaris, adviseur en investeerder.

Als je investeert in ICT en innovatie, versterk je je marktpositie. Dat blijkt uit zowat ieder onderzoek. Investeer je niet? Dan houd je het als organisatie minder lang vol en lopen concurrenten je al snel aan alle kanten voorbij. Want voor je het weet, doe je iets wat al niet meer van deze tijd is en speel je niet meer in op de veranderde wensen van je klant. In de Corporate Governance Code gaat dan ook speciale aandacht uit naar het belang van deskundigheid op het gebied van technologie en nieuwe businessmodellen.

Toezichthouders worden steeds vaker geconfronteerd met de vraag hoe ze hiermee om moeten gaan. Volgens Sacha Engels begint het met bewustwording. “Wat is het belang van technologie, ICT, en innovatie? Hoe gaan we om met cybersecurity? Dát zijn de vragen die organisaties zichzelf moeten stellen”, zegt ze dan ook. “Wordt het strategisch ingezet, of alleen faciliterend? Heel belangrijk. Want je kunt ‘t je in deze tijd niet meer permitteren om het niét strategisch in te zetten.”

Bestaansgrond

Het sleutelwoord is continuïteit. Die wil je borgen als toezichthouder. En dus moet je aansluiting houden met de markt. “Dit betekent ook dat je moet nadenken over de lange termijn”, zegt Engels. “Wat is onze bestaansgrond over tien jaar? Welke investeringen zijn nu nodig? Wat hebben we in huis om nieuwe producten en diensten te ontwikkelen en welke mogelijkheden biedt de markt? Hoe houden we aansluiting met nieuwe generaties?

Je moet wendbaar zijn en zelf op zoek gaan naar kennis. Leer van andere sectoren, ga op bezoek bij jonge bedrijven en werk met elkaar samen. Zorg ook voor diversiteit in je raad - en niet alleen qua gender diversity, maar ook qua kennis en kunde. Zorg dat de raad niet voor 100% uit digibeten bestaat.”

Engels roept toezichthouders dan ook op om hun bestuurder(s) uit te dagen. “Stel vragen. Is er een goede CTO of ICT-officer? Zo niet, moet die dan tijdelijk worden ingehuurd? Zie erop toe dat op het gebied van technologie, ICT en innovatie een goed strategisch beleid wordt gevoerd. Met een heldere risicoanalyse. Een beleid dat getoetst kan worden en waar nodig bijgestuurd. Ieder jaar opnieuw.”

Gehackt

De ontwikkelingen gaan zo snel. En de risico’s zijn in deze tijd tenslotte te groot om hier niet scherp op te zijn, benadrukt Engels. “Niet alleen omdat áls er iets mis gaat qua ICT de continuïteit van de organisatie letterlijk in gevaar wordt gebracht, maar denk ook aan de cybersecurityrisico’s. Is de kennis up to date betreffende de privacywetgeving? Stel, je wordt gehackt en al je klantgegevens liggen op straat. Wat dan? Ligt er een plan klaar? Een protocol? Door één stomme fout kan een zorgvuldig opgebouwde reputatie behoorlijk worden geschaad, en daarmee de organisatie.”

Lastig blijft dat niet iedereen de taal van ICT spreekt en dat nieuwe technologieën elkaar zo snel opvolgen dat het moeilijk is om helemaal bij te blijven. Vooral als het je vak niet is, wat voor veel commissarissen het geval is. “Je hoeft er ook niet alles van te weten”, besluit Engels. “Als je maar de juiste vragen stelt. Is er een goed beleid? Zijn de juiste risico’s in kaart gebracht? Is er voldoende toetsing? En wat doen we bij calamiteiten? Als een bestuurder op deze vragen geen duidelijk antwoord kan geven, zou ik als commissaris toch echt even recht overeind gaan zitten. Met een ‘maak je niet ongerust, het komt allemaal goed’ laat ik me dan niet wegsturen. En ook niet met vakjargon. Leg het me maar uit, desnoods in Jip en Janneke taal, tot ik het helemaal begrijp. De realiteit is dat de wereld praktisch draait op vijf techgiganten: Facebook, Apple, Microsoft, Google en Amazon.

Als je als commissaris de impact niet inziet van de technologische ontwikkelingen, het belang van ICT voor een organisatie en een focus op innovatie, dan hoor je wat mij betreft niet meer thuis in een RvC.”